Gemeente in beroep over Derde Merwerwedehaven

SLIEDRECHT - De gemeente Sliedrecht is in beroep gegaan bij de Raad van State tegen een onderdeel van het besluit van de provincie Zuid-Holland waarbij de vergunning van de afvalberging Derde Merwedehaven is gewijzigd. Het gaat om de norm voor stofverspreiding.

De provincie staat toe dat bij stortactiviteiten tot een afstand van 20 meter vanaf de plek waar wordt gestort stof visueel waarneembaar mag zijn. Zij meent dat er bij grootschalige stortactiviteiten afgeweken kan worden van de Nederlandse Emissie Richtlijn (NeR). Deze richtlijn heeft als uitgangspunt dat geen direct bij de bron visueel waarneembare stofverspreiding mag optreden. In de praktijk wordt daarvoor een afstand van maximaal twee meter aangehouden. Door uit te gaan van twintig meter gaat de provincie in tegen haar eigen beleid voor stof en passeert het advies van de VROM-Inspectie op het ontwerpbesluit.

De gemeente Sliedrecht stelt zich op het standpunt dat de best beschikbare technieken moeten worden gebruikt om stofemissies te beperken, zoals wettelijk is vastgelegd, dus met de 2-meter norm. Wethouder Ad de Waard bevestigt dat de gemeente Sliedrecht het belangrijk vindt dat deze scherpere norm in de vergunning komt te staan om daarmee de kans op hinder en gezondheidsrisico's door overwaaiend stof te verminderen.