INGEZONDEN: Vervoer gevaarlijke stoffen Betuweroute

Geachte leden van de raad,

In Het Kompas Sliedrecht werd vermeld dat uw raad aan burgemeester en wethouders de vraag heeft voorgelegd of het college haar standpunt wil aangeven over een mogelijke uitbreiding van het vervoer van gevaarlijk stoffen over de Betuweroute. Het college heeft inmiddels aangegeven geen bezwaar te hebben tegen een mogelijke uitbreiding van het vervoer van gevaarlijke stoffen over deze route. Dit standpunt is evenwel iets te kort door de bocht.

Hiervoor geldt namelijk het volgende: Het bestemmingsplan Betuweroute Sliedrecht is destijds door uw raad vastgesteld op basis van een Planologische Kernbeslissing (PKB). Het Tracébesluit Betuweroute werd op 26 november 1996 vastgesteld door de minister van Verkeer en Waterstaat. In dit Tracébesluit, en later ook in de bestemmingsplannen die door de verschillende gemeenten waar het tracé doorloopt, is het volgende vastgelegd: De aanleg van een aparte goederenspoorverbinding vanuit Rotterdam naar Duitsland - de Betuweroute- vormt een onmisbare schakel in het goederentransport in met name containers.

Gelet op het bovenstaande, is de Betuweroute specifiek aangelegd (en mag zij worden gebruikt voor) het goederenvervoer van het Rotterdamse havengebied naar Duitsland (en verder) en terug. Dit betekent dat een uitbreiding van het goederenvervoer en met name een uitbreiding van het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Betuweroute van en naar locaties buiten het genoemde tracé van Rotterdam naar Duitsland moet worden aangemerkt als een gebruik dat in strijd is met de doelstellingen zoals deze zijn vastgelegd in het Tracébesluit Betuweroute en de in verschillende gemeenten vastgestelde bestemmingsplannen. Zoals bij uw raad bekend mag worden veronderstelt, doorloopt een bestemmingsplan een uitgebreide voorbereidingsprocedure met inspraak, vaststelling, en goedkeuring. Vaststelling van het bestemmingsplan heeft dan ook plaatsgevonden op basis van de doelstellingen die daaraan ten grondslag liggen en in dat bestemmingsplan zijn verwoord.

Een uitbreiding van het gebruik van de Betuweroute anders dan waarvoor zij is bedoeld, namelijk het vervoeren van goederen van Rotterdam naar Duitsland en terug, moet daarom worden aangemerkt als een gebruik dat in strijd is met het bestemmingsplan. Uw raad had in deze niet naar het standpunt van het college moeten vragen, maar zich moeten laten adviseren of een dergelijke uitbreiding niet in strijd is met de gebruiksmogelijkheden van de Betuweroute. Daarnaast had het college haar standpunt zodanig moeten verwoorden dat zij geen bezwaar heeft tegen een uitbreiding van het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Betuweroute als dit niet in strijd is met de gebruiksmogelijkheden die het bestemmingsplan geeft.

Nu dit het geval is, dient tenminste een bestemmingsplanherziening hieraan vooraf te gaan zodat democratische besluitvorming kan plaatsvinden over een uitbreiding van de gebruiksmogelijkheden van de Betuweroute. Het kan niet zo zijn dat een uitbreiding van met name het vervoer van gevaarlijke stoffen wordt toegestaan zonder een daarvoor benodigde planologische procedure en zonder dat inwoners van de gemeente Sliedrecht hierover hun zienswijze kenbaar hebben kunnen maken.

Dit klemt des te meer nu de ongelukken die onlangs met het vervoer van gevaarlijke stoffen op het spoor hebben plaatsgevonden vers in het geheugen liggen. Het is wel erg naïef om te veronderstellen dat veiligheidsmaatregelen voldoende zijn als ter hoogte van Sliedrecht een explosie plaatsvindt. Het halve dorp is dan al weggevaagd. Het een en ander heeft iets van 'Ga maar rustig slapen, wij waken over u.'

Met welgemeende groet,

H. van Drunen