Rob Stout is al jaren toonaangevend

18 augustus 2009 om 00:00 Nieuws

Rob Stout is al jaren toonaangevend

SLIEDRECHT - Rob Stout geldt al jaren als één van de beste turntrainers van Nederland. De 50-jarige Sliedrechter, die als telg van de bekende aannemingsfamilie Stout opgroeide in Hardinxveld-Giessendam, begeleidt al sinds 1987 de grootste Nederlandse talenten naar nationale en internationale successen. Zijn manier van opleiden wordt veelvuldig gekopieerd. Een interview met een nog altijd bevlogen coach die op de Olympische Spelen na alles heeft meegemaakt en nu ook zijn kinderen wil helpen met het verwezenlijken van hun sportieve ambities.

Door Erik de Bruin

Stout zei aanvankelijk ‘Ja’ tegen het aanbod van de Koninklijke Nederlands Gymnastiek Unie (KNGU) om als bondstrainer aan de slag te gaan in Den Bosch, samen met Heerenveen dé locatie waar de top van turnend Nederland dagelijks traint om steeds meer aansluiting te vinden bij de internationale top. Hij kwam echter op zijn besluit terug. ,,Ik heb een weekindeling gemaakt waarbij ik letterlijk alles op een rijtje heb gezet. De conclusie was dat ik bijna nooit op normale uren thuis zou zijn. In een gezin met vier opgroeiende kinderen waarvan de oudste veertien is en de jongste tweeënhalf is dat niet mogelijk.” Zijn zoontje voetbalt bij vv Sliedrecht in de F1 en zijn oudste twee kinderen volleyballen op hoog niveau bij Sliedrecht Sport. ,,De oudste speelt in meisjes A1 en haar zusje, die elf is, komt uit in C1 en zit ook op de nationale volleybalschool. Sliedrecht Sport heeft gevraagd of ik jonge volleyballers en -balsters kracht- techniek- en coördinatieoefeningen vanuit mijn trainingsprincipes als turntrainer wil gaan geven. Dat lijkt me erg leuk om te gaan doen.

Als beginnend trainer wil je scoren door van talenten nationale kampioenen te maken. Die drijfveer is er natuurlijk nog steeds, alleen je verlegt je grenzen. Volgend jaar wil ik bijvoorbeeld met een aantal jongens hoge ogen gooien op het WK in Rotterdam en het Jeugd-EK in Birmingham. Aan de andere kant wil ik jonge turners, die er veel over hebben, beter maken en talentvolle trainers helpen in hun ontwikkeling. Dat het één stapje onder het absolute topniveau is, kan ik mee leven. Ik heb acht wereldkampioenschappen en tien Europese kampioenschappen meegemaakt. Ik ben rijk bedeeld.”

‘Esthetische sport’

Hij heeft een trainingsvisie ontwikkeld die voor Nederlandse begrippen behoorlijk revolutionair is. ,,Na in Duitsland trainingen te hebben bekeken en te hebben gefilmd ben ik gaan inzien waar het in turnen echt om draait. Het is een esthetische sport. Het gaat om het nette. Je moet kinderen de essentie van de sport aanleren. Eerst netjes leren turnen en dan pas moeilijke oefeningen doen. Veel trainers doen het andersom.” Dat aanstormende turncoaches zijn visie overnemen doet hem deugd. ,,Je ziet meteen terug in de resultaten dat het effect heeft. Waar het mij om gaat is dat je het aantrekkelijk maakt en dat talentvolle kinderen en jongeren die elke dag met turnen bezig zijn een team vormen. Het gaat om individuele ontwikkeling, maar het is ook echt een teamsport. Samen ben je sterker. Als je de motivatie mist verzwak je het proces. We hanteren als stelregel dat je aanwijzingen mag geven aan een medeturner als je beter bent. Leeftijd is niet van belang. Voor mij als trainer is het belangrijk mezelf te blijven ontwikkelen. Je groeit als coach door telkens je visie bij te stellen.”

Ruwe diamant

Yuri van Gelder en Jeffrey Wammes genoten hun opleiding bij Rob Stout. De laatste ster aan het firmament is Anthony van Assche. ,,Ik kreeg hem als een ruwe diamant die al op 7-jarige leeftijd vanuit Zeeland drie, vier keer per week naar Ridderkerk ging (waar Stout zijn talenten toentertijd training gaf, nu zitten ze na enkele omzwervingen in Zwijndrecht, red.)”, zo omschrijft de Sliedrechter de kersverse Nederlands senioren meerkampkampioen.

,,Ik kreeg een telefoontje van zijn toenmalige trainer. Hij heeft hem slechts een halfjaar getraind, maar heeft toch een fors aandeel gehad in de successen die hij nu behaalt. Simpelweg door in de spiegel te kijken en de beperkingen van zijn eigen situatie in te zien. Was hij niet naar Sliedrecht gekomen dan had Anthony nooit zulke grote stappen gemaakt. Daarvoor waren de trainingscondities in Zeeland niet goed genoeg. Te weinig uren en een te kleine zaal. Als je tot topprestaties wil reiken móet alles goed zijn. Ik ben ervan overtuigd dat er veel meer talentjes zijn in Nederland waar we niets van weten. Die wel de potentie hebben, maar wat er nooit uitkomt omdat het niet wordt ontdekt. Je kan kinderen zóveel leren. Als je het maar aantrekkelijk maakt en op een begrijpelijke manier uitlegt. Aanleren en automatiseren. Wat mij aanspreekt in turnen is de complexheid. Er zijn zóveel mogelijkheden om een turner beter te maken. Daar schuilt elke keer weer een fantastische uitdaging in.”

advertentie
advertentie